Door Eilard Jacobs
De herfst wordt dikwijls afgeschilderd als een periode van weemoed. De bladeren vallen en doen denken aan vergankelijkheid. Herkenbaar voor de watersporter?
Als het seizoen op zijn eind loopt, de dagen steeds korter worden en de temperaturen lager, hoewel... tegenwoordig juist hoger, bekruipt mij toch de behoefte om de boot netjes op te bergen voor de winter. Het liefst nadat ik, nog profiterend van de prettige temperaturen, het staalwerk nog wat heb onderhouden. Toch heb ik, als ik voor het laatst in het seizoen op zeil de haven van Durgerdam nader, waar ik zal gaan aftuigen, ook wel een beetje een brok in de keel. Er komt per slot een einde aan een prachtig vaarseizoen. Maar als het weer een aantal dagen later echt omslaat en de regen tegen de ramen begint te kletteren, ben ik toch maar weer wat blij dat het schip veilig en droog onder de wintertent ligt.
Een beetje tweeslachtig dus, maar toch eerder een voldaan dan een weemoedig gevoel. Naarmate de winter dichterbij komt wordt deze tevredenheid over het veilig stallen van de boot alleen maar groter. Er liggen nog wel heel wat klussen te wachten, maar ach de winter is nog lang...
Tijd voor andere dingen. Zo was ik begin december weer even een paar dagen op Terschelling. Het Wad oefent niet alleen 's zomers, maar ook in de winter, een enorme aantrekkingskracht op me uit. Ik moet er echter niet aan denken om er begin december nog op eigen kiel naartoe te varen. Nee hoor, lekker op de warme veerboot en verblijven in een centraal verwarmd huis. Heerlijk om overal rond te kunnen scharrelen en te fietsen zonder drommen toeristen. En eigenlijk ook prima dat veel horeca en toeristenwinkeltjes gewoon gesloten zijn. Ik heb ze niet nodig.
Ik kan het natuurlijk niet laten ook nog even langs de jachthaven te fietsen. Wat een verlatenheid. Er liggen nog wel een paar bootjes, maar die zijn van eilanders. Geen passanten. Trouwens, de gemeentehaven is ook helemaal leeg, de chartervaart is ook in rust.
En toch, als ik zo over de lege jachthaven kijk komt er een weemoedig gevoel bij me op. Waar lagen we ook weer van de zomer (ik ben drie verschillende keren in de jachthaven geweest)?
Wat was het een permanente drukte op de hoofdsteiger, met komende en gaande mensen. Wat leuk dat ik daar weer vrienden of familie tegenkwam. En nu, leegte, zoals op de foto bovenaan dit artikel. Als je er nu als passant zou liggen heb je bijna net zoveel stilte als wanneer je zou droogvallen op een plaat in de buurt. En net zoveel aanspraak. Het lege Wad en de bijbehorende jachthaven doen me denken aan wat ik, ook 's zomers, op het Wad probeer te vinden: het gevoel van vrijheid om te gaan en staan waar je wil. De weidsheid van het gebied met de Friese kust waarvan je weet dat je er nooit met de boot zal kunnen komen, anders dan in havens. De stilte die toch wat reliëf krijgt door geluiden van wadvogels.
Kortom, eigenlijk stemt die lege jachthaven me gewoon een beetje weemoedig. Maar kom, er komt straks een nieuw seizoen en er ligt al een klussenlijst klaar.